 Ga eens verticalen: dit is de nieuwe manier om snoekbaars te verleiden. Wij hebben op de oude manier -met levend of dood aas- altijd veel vis gevangen; die methode is nog steeds heel goed. Maar toch heeft verticalen ook zo zijn charme: de soms knalharde aanbeten zijn echt verslavend. Er is echter een duidelijk verschil in de benodigde materialen. In tegenstelling tot de oude, lange parabolische snoekbaarshengel is de perfecte verticaalhengel een korte, stijve hengel van ongeveer 180cm. Op de molen of reel wordt in plaats van nylon 4 lbs Dyneema gespoeld. De Dyneema lijn is dunner en heeft geen rek. De voorkeur voor het gebruik van een molen of een reel is persoonlijk. De combinatie van hengel en molen kun je subtieler in de hand houden. In de film die we vorig jaar hebben gemaakt "Snoekbaars Moderne Stijl"; kun je heel goed zien en horen waarom John de voorkeur geeft aan een reel en Peter de voorkeur aan een molen.
Een dag geconcentreerd verticalen is echt vermoeiend, maar de voldoening is groot als je een aantal mooie dreunen hebt gehad en een paar mooie vissen hebt gevangen. Uiteraard worden alle snoekbaarzen weer netjes teruggezet, je wilt die mooie vissen toch nog wel eens tegenkomen ! SUCCES !
Door: John van Helvert en Peter Duyvelshoff |
Het is belangrijk om de shad recht onder de boot te vissen, vlak boven de
bodem. Je krijgt dan de mooiste aanbeten, de shad wordt vaak recht naar beneden
vacüum gezogen! Het gewicht van de loodkop is enorm belangrijk. In theorie
geldt: hoe lichter het gewicht, hoe beter. Je moet echter wel contact met de
bodem kunnen houden. Als vuistregel geldt: bij rustig weer tot 10 meter diepte
neem je een loodkopje van 13 gram; zijn de weersomstandigheden ruwer of is het
water dieper, dan kies je voor een 17-grams loodkop. Op stromend water is een
kopje van 21 of 23 gram niet ongebruikelijk. Wij gebruiken tegenwoordig een
kort Dacron onderlijntje; dit voorkomt dat het gevlochten Dyneema wordt
doorgeschuurd. Als een grote snoekbaars de shad achter in zijn bek heeft, is
het niet ondenkbaar dat de Dyneemalijn beschadigt door de scherpe tanden van de
snoekbaars. Je verspeelt dan een mooie vis, maar wat erger is: de snoekbaars
blijft met een shad in zijn bek zitten die hij waarschijnlijk niet meer
kwijtraakt.
Een kort stukje siliconenslang (zoals je dat in een fietsventiel aantreft) over
je speedclip of speldwartel voorkomt dat deze te snel opengaat tijdens een
snoekbaarsdril. Een ander voordeel is dat de shad dan mooi recht aan de lijn
hangt. De shad wordt voorzien van een staartdregje om de inhakingskans te
vergroten. De kleur van de shad is volgens ons niet belangrijk: op 10 meter
diepte is het echt pikdonker. Voor de film hebben wij heel veel gewerkt met een
onderwatercamera, die voorzien was van 9 halogeenspotjes. Als je de verlichting
uitschakelde, was de shad zelf op 40cm afstand amper meer te zien; de kleuren
waren al helemaal niet meer waarneembaar. Tijdens de snoekbaarswedstijden zijn
het altijd dezelfde vissers die vis vangen. Dat komt niet omdat ze toevallig
allemaal de goeie kleur hebben gebruikt. Ze vissen gewoon geconcentreerder en
subtieler dan de anderen, en vangen daardoor meer vis. De vorm en het formaat
zijn wél heel belangrijk; regelmatig veranderen loont de moeite. Er zijn dagen
dat een Fin-S of een Sluggo het beduidend beter doen dan een normale shad en
andersom. Zeker op koude dagen mogen de Fin-S en de Sluggoo dan ook niet
ontbreken.
De oude regel : groot aas - grote vis, is ook van toepassing als het gaat om
shads. Bij ruw weer vissen wij graag met hele grote shads. De hoeveelheid
aanbeten is weliswaar minder, maar de vangst van een dikke tachtiger vergoedt
veel. John ving zijn record snoekbaars van 101cm met een shad van 15 cm! De
nieuwe manier van snoekbaarzen is heel specialistisch; de aanschaf van een
electro-motor is daarom onontbeerlijk, omdat je anders de taluds niet goed kunt
volgen. Wij geven de voorkeur aan een boegmotor met auto-pilot. Deze auto-
pilotfunctie geeft je de mogelijkheid geconcentreerder te kunnen vissen. De
keus van de electro-motor, op de boeg of om te backtrollen is afhankelijk van
het type boot. De platbodems laten zich makkelijker besturen d.m.v.
backtrollen, de boten met een V-bodem en wat diepgang zijn beter af met een
boegmotor. Met een boegmotor blijf je ook lekker droog als het hard waait; dat
is zeker `s winters een voordeel.
Als je vriendin of vismaat mee gaat vissen, zorg dan dat hij/zij ook op een
visvinder kan kijken. Het op tijd kunnen nemen of geven van lijn maakt het
verschil uit tussen af en toe een visje of het vangen van veel vis. De
transducer van de visvinder moet natuurlijk wel op de goeie plaats zitten! Heb
je een boegmotor, monteer de transducer dan onderaan de electromotor.
CONCENTRATIE is echt een vereiste voor de verticaalvisser. De shad moet subtiel
op de bodem gezet worden. Vervolgens til je de shad iets boven de bodem, en
geef je met subtiele bewegingen actie aan de shad. Let op, dat je niet te veel
beweegt! De trillingen die de shad veroorzaakt, worden door de snoekbaars op
vele meters afstand waargenomen. Het is heel belangrijk, dat je voortdurend op
de dieptemeter kijkt en alert reageert op diepteverschil. Met de electro-motor
moet ook regelmatig gespeeld worden: vaar soms iets sneller en soms iets
langzamer. Op een vlakke bodem mag het tempo best omhoog, op een stijl talud
moet het langzaam! Vaar niet té langzaam, de kracht van het verticaalvissen is
juist gelegen in het feit, dat je een behoorlijk oppervlak per dag kunt
afvissen. Probeer zó snel te varen, dat je de shad nog recht onder de boot
vlakbij de bodem kunt presenteren.
