 Aan het aas ligt het niet, de hengel is in orde, de lijn is niet te dik, de haak is vlijmscherp, Dan moeten we echt eens naar het lood gaan kijken.  Het minst besproken Sla een hengelsporttijdschrift open en u kunt lezen over al het beschikbare materiaal en over bestaande en vernieuwende technieken. Bijna nooit wordt er geschreven over de te gebruiken loodgewichten en de daarbij behorende vorm.Om het onderwerp niet te uitgebreid te maken, beperken we ons tot het zoute water en komen we de volgende maand terug in het zoete. Het goed omgaan met lood en de daarbij behorende vorm verhoogt absoluut de vangsten. 16e en 17e eeuw  Al snuffelend in een Noors visserijmuseum valt me op dat tweehonderd jaar geleden de mensen echt niet gek waren. De gewichten van de handlijn waren keurig in een aero of liever gezegd aqua-dynamische vorm, te vergelijken met ons gebogen druppellood. Dit loodje wordt veel door de vertikaal jongens gebruikt op de snoekbaars en snoek. Het levert minder waterweerstand op dus de visserij zal beter gaan en de vangsten gaan dus omhoog. Al deze vormen zijn in de loop der tijd verbeterd, aangepast en weer verbeterd. Steen werd vervangen door ijzer en later door lood. Voor de longlines werden staven met ijzer gebruikt omdat dat over een groot oppervlak gewicht heeft en dus minder aan de rol ging. Voor een andere visserij dus weer een ander gewicht.
 Van de kant of van de bootIn de zeevisserij moeten we direct een onderverdeling maken. De kantvisserij en de bootvisserij. Van de kant is het vaak zaak dat het geheel goed vast ligt en soms moet het juist langzaam met het tij meehobbelen.Vis je op de boot op de punt of op de kont? Allemaal andere omstandigheden die om een ander lood vragen.Vissen we van de pier op de tong dan mag het lood echt niet gaan lopen en hebben we een lood nodig dat goed ankert. Het mooist vind ik dan ook het klapankerlood waarbij een bepaalde druk de ankers omslaan en zich makkelijk omhoog laat draaien. Bij de scharvisserij kan het helpen als je juist het lood een beetje laat gaan over de bodem zodat de aaslijn als het ware de vis opzoekt. De vis waar ik op vis bepaalt ook het lood. Is het springtij of is het dood tij, is het een gierende vloed of is het een rustige afgaande eb. Ook het tij is dus bepalend voor uw loodkeuze.  Wanneer welke vorm? |
