Tropisch Noorwegen  2006 
We zijn weer veilig terug van vakantie. We kunnen uitgerust terugdenken aan een paar weken heerlijk rondstruinen in het prachtige, natuurlijke, toeristvriendelijke, wonderschone Noorwegen en we kunnen trots onze brons-gebruinde koppen laten zien, als aandenken aan die zéér warme, zonovergoten zomer van 2006 aan de Noorse zuidkust. Een klein verslagje :
 Na een ritje van 1000 kilometertjes vanaf Amsterdam kom je aan in het Deense Hirtshals, (wat een peuleschilletje is op een vrachtwagenloze zondag met een vaartje van 140 op de cruisecontrol ) en we scheepten in op de Colorline nachtboot, betaalden 210 euri voor de auto (max 2 meter hoog) plus slapen in een 2 pers couchette , Helaas waren we te laat voor het captains-buffet, want we hadden wel een paar kilo gravlaks en een paar emmers bier gelust. ( voor een vast bedrag mag je onbeperkt vreten, dus wat doe je dan als hebberige hollander ...?... je gooit je tot de nok toe vol met lekkernijen, zogenaamd op kosten van de kapitein.) In onze couchette onderin de buik van het enorme schip snurkten we hard genoeg om boven het monotone bootmotorgeronk uit te komen en we werden de volgende ochtend vriendelijk gewekt door een schone Noorse, die ons via de intercom in 4 talen duidelijk maakte dat we nog slechts 10 minuten de tijd hadden om ons op het autodeck te vervoegen. Gelukkig hadden wij de plek waar onze auto stond wèl goed onthouden, maar ik zag nogal wat zoekende passagiers met rode hoofden rondlopen die zich nerveus tussen de strakgeparkeerde auto's probeerden door te worstelen, op zoek naar hun auto die toch èrgens moest staan. ... en ja hoor ..., één van die eikels was de driver van de voorste auto, die dus als eerste de boot had moeten afrijden, maar er bestaat een oud Deens gezegde dat luidt :

" Den storsten sükkler är mestens öppfrönt" ( ofwel: de grootste sukkels staan meestal vooraan ) dus wij hadden al een chaotische traffic-jam voordat we in Norge een voet aan land hadden gezet.

 

 Daarentegen was het passeren van de douane weer een fluitje van een öre, want er stond slechts 1 ambtenaartje in een slonzig vestje wat landerig te gapen toen mijn (per ongeluk iets te veel whisky bevattende) auto voorbij de slagboom reed. Natuurschoon Meteen zodra je bij Kristiansand de weg op gaat wordt je overweldigd door de heerlijk ruige, afwisselende, boomrijke, waterrijke natuur die je in heel Nederland, Duitsland en Denemarken niet bent tegengekomen, zodat je meteen al bij het eerste elandenwaarschuwingsverkeersbord verwacht dat er wilde beesten over de weg gaan lopen. En als je dan langs de weg een paar schitterende plantenrijke zoetwatermeren vol met spannende eilanden ziet liggen, dan speurt je blik (tenminste, de mijne) vanzelf naar bevers, vossen, zalmen en forellen en ander gedierte en voel je je meteen in je element. Maar ... wèl goed op die bochtige weg blijven letten, want één verkeerde stuurmanoevre en je ligt hier meteen in een afgrond. De eerste campings die we aan doen zijn niet echt denderend (of ligt dat aan onze verdomd kritische instelling?)

dus na een knap eindje vertwijfeld haarspeldbochten rijden nemen we genoegen met een winderige, hellende tentplek op de camping in Lindesnes, waar een stuk of miljoen onweersbeestjes meteen proberen onze eerste vakantiepret te vergallen. Maar de tent is in een poep en een scheet opgezet en ik neem akuut een verfrissende snorkelduik in het zoute zeewater, ... maar onderwater blijkt een woud te staan van reusachtige metershoge kelpbladeren, dus vanaf de camping hoef je alvast niet te proberen om een hengel uit te gooien.

 


We maken een rotswandeling in de richting van de zuidelijkste vuurtoren van Noorwegen, maar het zogenaamd gemarkeerde wandelpad loopt ergens dood in een zompig moeras

zodat we op de terugweg lopen te soppen in onze pasgepoetste wandelschoenen, maar wèl een prachtig wild addertje en een veld vol vleesetende zonnedauw hebben gezien.


Tip van God Een paar dagen later breken we de tent op en rijden oostwaarts langs de inhammende kust. Op de stafkaart heb ik een hele reeks vooraf-met-GoogleEarth-bespiede campings aangekruist, maar uiteindelijk komen we niet ver, want op het allereerste bescheiden rustige campinkje aan het Morvigsanden-fjordje vinden we meteen een rustieke tentplek pal aan het water, die alles heeft wat een mens zou wensen. Maar Geert twijfelt nog aan de (niet geheel onbelangrijke) visstand in dit doodlopende minifjordje, dus hij denkt erover om door te rijden naar de volgende camping, maar precies op het moment waarop die moeilijke beslissing genomen moet gaan worden galmt er een luid schreeuwend jongens-stemmetje over het water en zien we op de campingsteiger een klein jochie paniekerig staan zwaaien met een FisherPrice speelgoedhengeltje, waaraan een joepert van een makreel blijkt te hangen. ... dus die beslissing was gauw genomen. Zo'n teken van hogerhand mag je nooit negeren. Dank U Petrus, voor deze gouden tip.

Nadat de enorme (maar nog altijd te kleine) achterbak van onze auto is uitgepakt worden snorkel, flippers en wetsuit weer tevoorschijn gehaald, spuug ik een paar vette kwatten in mijn duikbril en duik ten onder in een schitterende kraakheldere onderwaterwereld waarin het krioelt van de garnaaltjes, donderpadjes, spierinkjes en schattige platvis-postzegeltjes, maar mijn hart gaat pas echt sneller kloppen als ik op de bodem tegen een heuse zeeforel opzwem, die helemaal niet bang is.

 



Ik kan hem vrij gemakkelijk achterna zwemmen en tot op twee meter benaderen (prachtig!) en hij lijkt wel geinterresseerd in het schooltje harinkjes dat tussen mijn benen door wegvlucht, maar als ik 's avonds laat in het donker vanaf de steiger met het spinhengel probeer om hem alsnog een lekker kunstaasje voor te zetten, dan laat hij zich niet meer zien en zijn het een paar midden-in-de-nacht-gevangen-makrelen die mijn dag goed maken.  Genant succes De volgende ochtend neem ik géén douche, maar duik meteen weer naar de bodem en zie een paar panklare schollen wegschuiven en verdikkie wéér twee prachtige zeeforellen ! Het fjord loopt hier dood en er is onderwater een steil zanderig talud en op de rand van dat talud ligt een hele grote steen in het water, die nèt groot genoeg is om op te zitten. Kortom: een schitterende visstek waar vanaf ik met een dobbertje en een vers gepelde garnaal allerlei spannende vissen zou kunnen vangen, dus vanavond zit ik op die steen! Ruim een uur voordat het donker wordt trek ik mijn waterschoenen aan, waad met de spullen boven m'n hoofd door het zeewater dat ongeveer tot zakhoogte reikt, struikel bijna over een paar enorme mosselen. ( ben ik gek op, dus morgen plukken, netjes afschrobben, in een pannetje zonder zout kort koken met een bodempje zeewater en .. smullen maar!) Na wat gekletter en geklauter om bovenop de steen te komen en wat gedraaikont om ervoor te zorgen dat hengel en vistrommel niet vanaf de ronde rots in zee gaan sodemieteren, pel ik een garnaal, bijt hem in kleine stukjes, spuug de stukjes uit over m'n stek,

pel nog een garnaal en steek die op een sneaky klein haakje, stuitje op een meter of twee, even heel secuur uitloden en stáán met die kniklicht-pen ! Maar dat duurde niet lang.  Om kort te gaan: het ging gruwelijk grandioos. Ik ving daar in een uur tijd (als ik het goed heb onthouden ) zo'n  5 botten, 3 wijtingen, 3 lipvissen, 2 gepen en 6 makrelen,.. dat zijn 19 vissen in 60 minuten...

 



terwijl er een eindje verderop een steiger lag, waarop een stuk of 4 jochies stonden te smijten met twisters en pilkers, maar er was blijkbaar geen makreel zo gek om daar in te happen/trappen. Met andere woorden: die knaapjes stonden met z'n vieren driftig om zich heen te gooien en vingen niets, terwijl die ene leipe gast daar op die steen elke 5 minuten een mooie vis aan z'n garnaal had hangen ! Waarschijnlijk heb ik toen jammer genoeg nogal wat jeugdig vissers-plezier bedorven en hebben die vier knaapjes 's nachts nog lang onrustig op hun luchtbed liggen rondwoelen, want het was echt genánt. Ik riep nog naar ze (na de zoveelste kromme hengel) dat ze met garnálen moesten vissen, maar dat was blijkbaar niet haalbaar voor de mannetjes ... en hun steiger bleef visloos, terwijl mijn rots inmiddels dik onder de gepenschubben, gullenkots en makrelenstront zat. Toen het donker werd hoorde ik een paar mama's roepen dat het bedtijd was en werd het eindelijk rustig aan- en op het water. Maar onder het oppervlak ging de drukte gewoon door, want m'n verlichte dobbertje was alweer snoeihard ondergetrokken door de volgende makreel en zelfs een hongerige fjord-paling had trek in mijn garnaal. Op een gegeven moment leek het alsof er in de verte een plaatselijke regenbui viel, en even later spetterde het  wateroppervlak spontaan omhoogsprongen er duizenden piepkleine visjes uit het water, gevolgd door grotere plonzen en ineens vlogen er makrelen door de lucht. Ik pakte snel m'n spinhengel, hing er haastig een zilverblauw pilkertje aan en wou dat zaakje even naar die verre makrelen smijten, ... maar ik  wierp waarschijnlijk nèt ietsje te enthousiast ..., of er zat een verraderlijke lus in de lijn, want ik gooide het zaakje in een enorme pruik ... Gebeurt niet vaak, maar altijd op een klotemoment ! Terwijl ik op de rots wanhopig probeerde om mijn lijn te ontwarren kwam de school makrelen vlak langs de rots zwemmen,... en toen ik eindelijk klaar was met mijn macramee-werkje, was die school makrelen potdikkie natuurlijk alweer voorbij!... Ik moest helaas denken aan een oud Frans gezegde..., dat luidt : " Quand le poisson est joyeux, le materiël est défectueux ..."  ... maar het was toch wel lekker dat  we de volgende ochtend in de rook van onze eigen rookoven konden zitten ontbijten en er moest natuurlijk sowiezo weer een zak garnalen gehaald worden in het dorp.  Die dure Lidl Nouja, ... dorp... zeg maar gerust : de drukke volle moderne stad. Want er is in dit land nogal een verschilletje tussen de natuur ( al vele duizenden jaren dezelfde ) en de kultuur (die met de dag verandert en volgens mij steeds gekker wordt). Het is echt even wennen als je van je relaxte rustieke visstekje aan het weidse fjord pardoes onvoorbereid zo'n druk supermodern hyperluxueus winkelcentrum instapt. In de supermarkt schrik je je sowiezo de kolere ! Van de prijzen. Gewoon absurd. Niet normaal zo duur! Om niet geheel uit mijn nek te hoeven lullen heb ik even een piepklein vergelijkend huishoudelijk onderzoekje gedaan naar de prijzen van de Hollandse- en de Noorse Lidl ... (en dat is dan nog een van de goedkoopste winkels )... maar dan mogen wij Hollanders toch wel héél blij zijn met onze lage prijsjes ! Voor de statistiek van een gemiddeld huishouden heb ik wat prijzen van veelgekochte produkten even nauwkeurig genoteerd en omgerekend van Nokkies (= een kwartje 'in the old scale') naar Euries. Dagelijkse dingetjes zoals een pot chocopasta, een doosje theezakkies, een kilo uien, een pak suiker, een pak melk, lamsbiefstukjes uit de diepvries (alles in exact dezelfde verpakking als in de Hollandse Lidl), een zak cashewnootjes, een pak Braziliaanse koffie, een stukje Franse Brie, een half literblik Duits bier, een pak Griekse gyros en grote garnalen en moten Noorse zalm uit de vriezer en om het af te ronden natuurlijk een megapak toiletrollen. Nou, ik kan je vertellen:... ... voor deze doodgewone dingetjes betaal ik in Amsterdam opgeteld een bedragje van 24 eurootjes ... maar wat denk je ?... Wat kost ditzelfde boodschappenmandje in het Noorse Lidl filiaal ? Het antwoord is: 353 Nokkies, ofwel ... 46 hele euro's ! Dus ergo: voor exact dezelfde produkten betalen die Noren twee keer zoveel als wij ! Alleen de zalm-moten zijn er goedkoper dan bij ons, omdat ze uit eigen land komen, maar de rest is er véél en veel duurder. Die doodgewone zak uien en dat simpele pak melk kosten er 3x zoveel als bij ons, om nog maar te zwijgen over dat blikje bier... wij betalen er 0.45 euro voor, maar de Noren moeten voor hetzelfde slokje 16 kronen neerleggen en dat is pakweg 2 euro, ofwel een biertje is daar bijna 5 x zo duur !..... dus dat worden héél kleine slokjes ! Toch krijg je, als je het Noorse campingleven een beetje analyseert, niet het gevoel dat ze het zuinig aan doen. Iedereen vreet, rookt en zuipt zich een slag in de rondte en er is geen Noor te vinden die de bierblikkies in het schap laat staan omdat ze te duur zijn. Wat dat betreft had ik het zelf wel wat moeilijker, want je denkt toch niet dat ik nog kan genieten van een pilsje waarbij je voortdurend op de achtergrond kassa's hoort rinkelen? en je gelooft toch niet dat deze jongen een 5eurobiljetje gaat ruilen tegen twee zakkies chips ?! Maar het is wèl weer handig als je je had voorgenomen om in de vakantie een paar pondjes af te vallen, want het kostte bijvoorbeeld helemaal geen moeite om die overheerlijke, maar schreeuwend dure ijsjes in de vriezer te laten liggen en die garnalen waren niet alleen een keigoed vis-aas, maar ook donders lekker en vrijwel vetloos, dus is er 3 kilo minder Geert uit Noorwegen teruggekomen dan er heen ging. Lang leve de belachelijk hoge prijzen. Uit een goedkoper land was ik vast en zeker tonnetjerond teruggekomen. Voor het mooie weer hoefde je dit jaar sowiezo niet naar het zuiden, want het was bijna tropisch warm. Dat kon je aan de luchtige sexy kledij van de èrg mooie- en aantrekkelijke- Noorse vrouwen op straat trouwens ook duidelijk zien...en voor een heterosexuele man is het dan eerlijkgezegd helemaal geen straf om een paar dagen door het centrum van Oslo te moeten kuieren.... Valt in de categorie natuurschoon moet je maar denken.       een paar daagjes Cultuur Maar behalve mooi vrouwelijk natuurschoon was er ook wel wat interressants aan cultuur te bezichtigen, zoals bijvoorbeeld het Thor Heyerdahl museum waar je de echte Ra-papyrusboot kon bekijken, waarmee die halve gare Thor de oceaan is overgestoken. Terwijl de meeste muzeumbezoekers zich stonden te vergapen aan de historische achtergronden van Thor's barre tocht ( aantonen dat er al primitieve Afrikaanse armoedzaaiers in krakkemikkige bootjes de oceaan waren overgestoken voordat Columbus in 1492 voet aan land zette op het Amerikaanse continent) heb ik ongeveer een half uur staan staren naar een paar oude geknoopte stukken touw, waarmee Thor het gebroken roer van zijn papyrusvlotje midden op de oceaan heeft gerepareerd ... en ik zag de haaien al voor me die Thor in zijn pik wilden bijten toen hij al watertrappend die kolereknopen aan het vastsjorren was. Héél indrukwekkend en leerzaam voor de verwende watersporter anno 2006 ! Net als die tentoonstelling over de geschiedenis van het skieën en pool-reizen. Daar zag je oeroude handgemaakte ski's met lange slappe leren veters als primitieve bindingen en rendierhuid op de onderkant ( glijdt wel vooruit, maar niet achteruit) en er stond ook een gammele, totaal versleten slede (die je achter je aan moest slepen) waarmee de allereerste vrouw (!) in haar eentje (!) de noordpool was overgestoken (!).... ... maar dát moet toch wel een héél erg leip wijf geweest zijn ... met rendier-haar op haar tanden ofzo. Een ijzige tante die in haar uppie graag duizend kilometer door de sneeuw ging lopen. Een barre bonkige bazin, waar je als normale man niet gauw een banaan van zult krijgen (of het moet zijn doordat 'ie bevroren is )... dus wees maar blij als je thuis een vrouw hebt die de hele dag soaps zit te kijken, want daar hangen tenminste geen ijspegels aan. Maar het meest werd ik nog gegrepen door twee wanten,  gedragen door een klojo die samen met Amundsen de eerste vlag op de noordpool zette, ofzoiets. Hij had die gruwelijk barre ijstocht niet overleefd en met deze wanten om zijn bevroren vingers had hij zijn laatste adem uitgeblazen, bij een temperatuurtje van 45 graadjes below zero. De rillingen liepen me over de rug. Hoe gek moet je zijn om naar de Noordpool te gaan lopen en hoe pijn deden zijn handen voordat 'ie de pijp uit ging? Ik stond natuurlijk weer veel te lang in gedachten verzonken en ik zag voor me hoe zijn ene makker was vastgevroren in een snijdende sneeuwstorm terwijl zijn andere makkers zojuist waren opgegeten door een paar hongerige ijsberen. Liggend in zijn diepvriestentje had hij de dood afgewacht en de wanten die hij toen om zijn handen had lagen hier voor me in de vitrine. Ik kreeg het er zelf koud van. Gelukkig kon ik op de zinderend hete parkeerplaats naast het museum weer in mijn kokend hete auto stappen ... en ik vond het voorlopig helemaal niet nodig om de airco aan te zetten.  een sympathieke Duitser ! Eenmaal  terug op de camping aan het fjord klom ik weer gauw met een hengel op mijn apenrots en viste een gat in de nacht, zodat m'n op hol slaande hersenpan tenminste weer wat tot rust kon komen. En die nacht daalde er weer een engeltje neer, want de volgende ochtend stond er naast onze tent een camper van een Duitse gast die vertwijfeld zat te sleutelen aan de trailer van zijn boot. Ik vroeg hem in gebroken Duits of hij misschien mijn hulp- en/of gereedschap nodig had, aber nein es gab keine probleme. Binnen drie tellen ging het gesprek over vissen und er hatte gestern noch einen schönen Dorsch gefangen! In de koelbox die hij opentrok lag een mini-gulletje waarover hij sehr begeisterd was, dus ik zei maar niet dat ik het een klein trutdingetje vond. Er ontspon zich een levendig gesprek over alles wat met boten en vissen te maken heeft en het bleek een zeer sympathieke Duitser te zijn ( ja, die bestaan echt ! ) want binnen 10 minuten nodigde hij me uit om morgen mee te gaan in zijn vette boot, met overdekte kajuit und eine 60 PS (PferdeStärke) aussenbordmotor. Dat was niet tegen dovemansoren gezegd ! Zelfs zoonlief Micky mocht mee. Dus piepte de volgende ochtend onze mobieletelefoonwekker zéér vroeg, (maar dat was niet nodig want ik was al lang wakker, nauwelijks geslapen, véél te spannend) en tussen de bende in de achterbak zocht ik zenuwachtig de stevigste boothengels en de zwaarste loodballen bij elkaar. Maar daarvan had ik helaas niet zo veel meegenomen, want je gooit -bij de voorbereiding van een gezinsvakantie- nou eenmaal gemakkelijker een doosje met honderd mini-vliegjes in je tas, dan tien loodzware pilkers met loeischerpe lellen van dreggen.  ein tolles Abenteur Nog voordat ik de boot had los gemaakt van de steiger, vroeg mijn nieuwe schipper und neue freund Günther wat we van plan waren te gaan doen met de eventueel gevangen vis... Ik antwoordde naar eer en geweten dat ik meestal meer vis vang dan ik kan opeten, dus dat ik de vangst wel bij hem in de koelbox wou gaan gooien. Aber das war ein tolles idee! Ik vroeg hem nog welke soort visfilet hij dan het liefst mee naar huis nam, aber das war gans egal ! Er möchte gerne 30 kilo filets mitnehmen nach hause, dus we konden voorlopig even voort, ...dacht hij. Maar toen ik een half uurtje later mijn twintigste makreel in zijn kühlschrank pleurde, begon 'ie te begrijpen dat hij hogere eisen kon gaan stellen en hij begon een verhaal over een goddelijk lekker kabeljauw-recept dat zijn moeder altijd maakte, dus ik begreep de hint en haalde zwaarder geschut tevoorschijn. Maar eigenlijk had ik niet echt gerekend op een zwaar diepzee-avontuur en toen hij de boot stil legde boven een diepe kuil waar een pittige stroming stond, haalden zelfs met mijn zwaarste ballen de bodem niet. Ik stond eigenlijk nogal te klungelen en er schoot me een oud Engels spreekwoord te binnen, dat luidt : "Proper Preparations Prevent Pathetic Performance " ,  ofwel, vrij vertaald : Vatsoenlijke Voorbereidingen Voorkomen Vervelende Voutjes

... maar met wat aanpassingen aan de tuigjes ( even kijken of er op half water ook wat rondzwemt..) kwamen we uiteindelijk wèl een partij prachtige pollacken tegen. En terwijl wij met bonkende kromme hengels in de hand luidkeels allerlei RexHunt citaten stonden te blèren, zat onze Duitse vriend onder het zingen van een meedeinende Heino-schlager aan de lopende band onze vis te fileren.... ... en dat vonden we alledrie een uitstekende taakverdeling ! Gecombineerd met een méér dan schitterend zonnig windstil weertjeen een paar slokjes whisky uit het laatste meegesmokkelde heupflesje en een paar slokjes van Günther's herrliche hausgemachte Schnaps gingen we behoorlijk uit ons kajuitdak en jodelden er luid op los bij de zoveelste pollackdril.





Er is immers een bekend Duits gezegde, dat luidt : " Wenn man Schnaps trinkt aus eine Flasche, bekommt man mehr Fische in die Tasche ".... dus dat hebben we dan maar gedaan. Ik zal niet gauw de glunderende blik vergeten waarmee hij 's avonds zijn volle koelbox vol filets op de steiger zette, denn das Fräulein sollte himmels glücklich sein ! Helaas begreep ik niet zo veel van zijn Duitse grammatica (hij lulde echt héél anders dan mijn vroegere Duitse leraar) en ik krabde me dan ook even achter de oren toen hij zei dat hij de vis even ging "umtüten". Pardon, aber was ist überhaupt ...  "umtüten" von fisch ?? Het heeft even geduurd voordat ik begreep wat hij bedoelde, maar "umtüten" is gewoon één woord voor :.. "de vis in een plastic zakkie doen". Ach ja, ... Duits is niet altijd lelijker dan Nederlands.  En nadat we unsere neue freund und seine Frau zum barbeckquen  (hoe schrijf je dat in het Duits ?)einladet hatten ( hèhè, eindelijk die ellendige duitse rijtjes van vroeger nodig gehad) hebben we schrecklich lekker gefressen von einem wunderbar gedecktes Tisch . ( .... effe checken of hier geen foutjes in zitten ... hoe was het ook al weer...?... mit nach nebst samt bei seit von zu zuwider entgegen ausser aus geven altijd derde naamval, het is dér Tisch ( een tafel is in Duitsland mannelijk, zoals je begrijpt ) ( wist je trouwens dat de Fransen vinden dat een baard vrouwelijk is !) maar nadat je der des dem den die der der die das des dem das die der den die hebt gezegd weet je dat je hebt zitten kanen von einemmmmm Tisch. (...Nou, dat schiet lekker op als je zo gaat zitten piekeren tijdens het barbeckxqckqueuen..! )Toen Günther eenmaal zijn volledige voorraad volvette Bratwürste had uitgepakt en met een glunderend gebaar een paar versgekruide pollackfilets op tafel had gesmakt en een dikke stapel echte Hamburgse hamburgers in de roodgloeiende kolen had gepleurd en een paar flesjes kühlfrische Liebfraumilch-weisswein had opengetrokken (terwijl zijn vrouw hem toen al aardig had zitten) en zij kwamen aanzetten met een gigabak vol gemischter Salat en wij onze kingsize gekruide varkensbil tevoorschijn hadden gehaald ( noemen ze daar flintsteck, is héérlijk maar èrg slecht voor je cholesterolgehalte) en nadat ik mijn pan met zelfopgesnorkelde mosselen had afgegoten en had verrijkt met een goddellijk lekker liflafferig knoflook-roomsausje en een berg stokbroodjeskruidenboter op de overvolle kampeertafel erbij had gepropten die belachelijk dure Lidl chocomoussetoetjes alvast uit onze lauwwarme koelbox had gehaalden ...... en .... en we dat allemaal hadden aufgefressen, begonnen we aardig vol te raken,

.... maar toen was ik nog mijn gerookte makrelen vergeten....!

 



 We zaten nu echt vól. Er kon helemaal niets meer bij. Wel mocht het ons bekomen. Blurp. We tolden aangenaam aangeschoten ons luchtbedje in, genietend van onze laatste vakantiedag, want de volgende ochtend was het helaas weer de hoogste tijd-om-naar-huis-te-gaan en nadat we afscheid hadden genomen van dat lekkere tentplekje aan het Noorse fjord, lazen we tenslotte nog ergens een oud Noors spreekwoord, dat luidde :" Med en køpp kaffe med fløte , med en glas øl, sjnaps och andre nøte,  med store fisk och hurtige bøte ...., gät dennen vökönsjön njeverste njöjt njet när den kløte." Maar ... wat dát betekent weet ik ook niet . de hartelijke vakantiegroetjes van  Geert Luinge