OORSPRONG
Het verhaal begon eigenlijk een tiental jaren terug toen ik een kennis had zitten die bij het RIVO werkte. Via deze kennis die ik niet met name zal noemen kwam ik in contact met enkele medewerkers. Ik kon beneden in een proefopstelling met m'n eigen ogen zien hoe er een project over glasaal bezig was. Ik was direct geïnteresseerd. Deze vis heeft bij mij altijd iets magisch opgewekt. Niet een mens kan met zekerheid iets over deze vis zeggen dus een interessant mysterieuze vis. Ik zag daar hoe er werd geprobeerd om in een zo'n kort mogelijke tijd een consumptierijpe vis te realiseren. Er werd een stofje in het voer gedaan en dat wekte volgens de onderzoekers de eetlust op. Helemaal verkreeg het mijn aandacht toen ik hoorde dat de oorsprong van het verhaal lag in het gebruik van natuurlijke ingrediïenten die ik redelijk eenvoudig kon bemachtigen. Ik was één en al oor. Het experimenteren begon op mijn zolderkamer.
AQUARIA
Tot ongenoegen van mijn moeder had ik boven op zolder zeker 25 aquaria staan, gevuld met allerlei geschubd materiaal. Of de soort alleen, of in combinatie met andere soorten. Ik kon er werkelijk uren voor zitten. Waar de ene persoon een duister videootje aan het kijken was zat ik letterlijk gebiologeerd naar de vissen te staren. Over gedrag en voedselkeuze kwam ik toen heel veel te weten. Ook over de hoeveelheid licht en het daarbij horende voedselgedrag zag je heel interessante dingen. Mijn moeder heeft toen inderdaad veel te stellen gehad met deze vreemde hobby. Tientallen aaltjes hebben de weg naar de vrijheid proberen te zoeken en werden achter kasten en onder bedden gevonden al dan niet gemummificeerd. Een ding was zeker, ik haalde geen rottigheid uit en ik zat ook niet in de kroeg. De geurstoffen bleven me boeien en ik maakte mijn eerste flesje met "aroma" vlak voor een strandwedstrijd van de HVZ. Ik had thuis om een vergelijk te maken 50 zeepieren met een injectienaald keurig een luchtje meegegeven. De andere 50 had ik onbehandeld gelaten. Het was een kwartjeswedstrijd waarbij iedere centimeter vis werd uitbetaald in kwartjes, een ludiek idee. Het enige mindere in dit verhaal was dat er erg weinig vis zat vanwege het schitterende weer. Ik stond naast vriend Jaap van der Kuij en we stonden werkelijk waar te genieten van de topless vrouwen die langsliepen. Het was echt snikheet en de welbekende mussen hadden mazzel dat er geen dak was anders hadden ze er dood vanaf gevallen. Na twintig minuten ging ik even buurten bij mijn visvriend Jaap. Er werd werkelijk waar geen ruk gevangen en de moed zakte richting mijn waadpak. Op een gegeven moment riep Jaap: Je hengel!! Een aantal ouderwetse doorbuigers verraadde de aanbeet van een maatse vis. Uiteraard spurtte ik naar mijn hengel en begon het zaakje in te draaien. Aan de hengel te voelen was het een paling. Duidelijk waren de kronkelingen te voelen. Inderdaad een paling van 67 cm en ruim een pond zwaar.De aal werd gemeten en werd na gemerkt te zijn in mijn emmer gedaan. U zult het geloven of niet maar veertig minuten verder hetzelfde tafereel. Ik sta weer te buurten bij Jaap en mijn hengel krijgt weer een opdonder. Weer spurten en weer een zeer gladde jongen van 64 centimeter die een "geurig piertje" had weten te vinden. De vis werd opgemeten en ook in mijn emmer gedaan. Er gaat niets boven gestoofde zeeaal omdat er totaal geen grondsmaak aanzit. Ik viste met een drie haaks paternoster met onder en boven een normale pier en in het midden een gemarineerde. Bij de volgende inworp deed ik het omgekeerde, in het midden een normale en boven en onder een ingespoten pier. De verdere wedstrijd geen enkel stootje van betekenis. Via een controleur hoorde ik dat er maar in het totale verdere veld drie kleine botjes vlak achter de branding waren gevangen. De laatste 20 minuten beaasde ik alle haken met de ingespoten pieren. Toen de laatste toeter ging draaide ik in en warempel had een scholletje van 19 centimeter nog een poging gewaagd om de zeepier te verslinden. Na gemeten te zijn werd hij weer onbeschadigd terug gezet. De trend was gezet. Tientallen varianten heb ik in de daarop volgende tijd gemaakt. De basis was elke keer hetzelfde maar de aanvullende ingredienten waren iedere keer anders. Ik heb muggenlarven olie gemaakt voor onze zoete vriend en topfeedervisser Arnout van de Stadt en ik heb olie gemaakt voor vele bekende zoutwatervissers. De olie werkt echt, alleen moet je weten waar de vis ter plekke op aast. Als er geen witjes voorkomen heeft het geen zin om er een olie van te maken.
VERS OF ROT
DOOR DE NVVS "GENEKT"
BEREIDING
NIET ZALIG MAKEND
Als Ik ergens een lezing houd of aan de waterkant krijg ik uiteraard de vraag regelmatig waarom ik dit niet altijd tijdens wedstrijden gebruik en dus alle prijzen win. Een heel simpel antwoord is dan ook om te melden dat ik echt niet de `geurenwijsheid` in pacht heb. Er is nog zoveel dat we niet weten op het gebied van geuren. Is er een geur die overal standaard werkt, is er een verschil tussen niet roofvis en roofvis in het beleven van geuren en lokstoffen. Ik heb er al zoveel proeven mee gedaan en ik kom er nog steeds niet uit. Het is een aanvulling op wat we al weten en kan in sommige gevallen het verschil maken in een geslaagde dag en een minder geslaagde dag. Ik zou nooit al mijn geld zetten op een olie in een bepaald water. Ik heb het wel vaak bij me om met meerdere hengels het verschil te kunnen zien. Ook in zeer diepe wateren en in de nachtelijke uren is het gebruik van olie absoluut aan te raden. De geur is op die diepte van enorm belang omdat het daglicht er niet komt en in de nacht is er geen licht dus een geurtje doet dan vaak wonderen.
Heel veel succes in deze geurige materie en als u eenmaal de smaak te pakken heeft dan hoeft u niet meer uw neus in andermans vistas te steken want dan is uw eigen resultaat voldoende om tevreden mee te zijn.
Pim Pos